Eervolle vermelding
Met de column ‘De oude man’ deed ik in 2011 mee aan een schrijverswedstrijd voor een eervolle vermelding. De inspiratie voor de tekst kreeg ik door te kijken naar mijn vader. Ik zag namelijk ineens onze gelijkenissen en verschillen. Ik schreef het – met hier en daar de werkelijkheid geromantiseerd – in de tijd dat mijn moeder ernstig ziek was (zij overleed in 2015), waardoor die kwetsbare periode van onze familie zichtbaarder werd in onze houding naar elkaar toe.
Van een andere generatie
Het is een oude man. Ik zie het nu pas. Het is een besef dat nu pas komt. Het komt ineens. Ik dacht er nooit bij na. Het is niet eens zijn leeftijd. Het is zijn houding. Zijn rug licht gebogen en een pas die meer schuifelend is dan dat ik me herinner. De stevige passen van voorheen zie ik er niet meer in terug. Hij is van een andere generatie. Techniek was er wel, maar van eenvoudige aard.
Schuifelend
De telefoon gaat. De oude man is wars van techniek. Een gsm zonder draaischijf, maar met knoppen. Hij reageert, schuifelend. Hij is te laat. Er klinkt een luide piep. Hij vraagt zich hardop af of anderen dit ook wel eens hebben: “Een ingesproken bericht op een bandje, waarvan niemand weet waar dit bandje is”. Om dat ingesproken bandje te beluisteren moet je vier cijfers draaien. Draaien zonder draaischijf, maar met knoppen. Het telefoonnummer van vier getallen is niet het probleem. Dat had men vroeger ook. Het zijn zijn vingers. Vingers die trillen. Vingers die niet helemaal gecontroleerd bewegen. Hij beweegt zijn vingers over het toestel, schuifelend. De vier getallen van het telefoonnummer worden er op het scherm uiteindelijk vijf. Er wordt geen verbinding gemaakt. De oude man komt in beweging, schuifelend. Hij loopt weg richting de kast en komt terug met zijn leesbril.
Verbinding met de oude man
Zijn ogen zijn nog goed, zegt hij: “Nog geen last met autorijden”.
Hij leest op het scherm het teveel aan getallen. Hij excuseert zich er bijna voor. Het komt door de kleine toetsen op de gsm, niet door dikke vingers.
Hij kijkt me aan, vragend. Ik kijk terug en lees niet de getallen op het scherm, maar zijn gezicht. Elke rimpel die een ervaring vertelt. Hier en daar een vlekje overactief pigment op zijn lichter geworden huid. Zijn blik verraadt een verleden met nare en mooie momenten. De inmiddels wat afhangende oogleden verbergen een beetje zijn stralende ogen. Ze stralen nog steeds.
Ik neem zijn gsm en draai de vier getallen. Er wordt verbinding gemaakt. Ik geef hem het toestel terug. Een beetje twijfelend legt hij zijn oor tegen het toestel en luistert naar het bericht. Hij wenst de stem van het bandje daarna een goedendag en haalt het toestel weer bij zijn gezicht weg. Met de wijsvinger van zijn andere hand gaat hij weer over het toetsenbord, schuifelend. Hij drukt de verbinding weg.
Ik wil de oude man nog niet voorbij
Hij kijkt me weer aan, dit keer trots en zijn ogen lijken nog iets meer te stralen. Langzaam staat hij op. Hij recht zijn rug en loopt richting het dressoir. Zijn tred iets minder schuifelend. Hij plaatst de gsm op de vaste plek, alsof hij het toestel nu pas echt ophangt. Ook ik sta op. Ik loop een stukje achter hem aan. Onbewust houd ik mijn stap wat in. Ik wil hem niet voorbij, nog niet. Ik kijk hem nog eens aan en hij kijkt terug. Het is een bepaalde blik in elkaars ogen, maar het zegt genoeg. Bij beiden een grote herkenbaarheid, ondanks de grote verschillen. Ik zie dezelfde gelaatstrekken die ik ook heb. Ik kijk naar mijn eigen toekomst. Tevreden ga ik naar de deur, schuifelend achter hem aan. Bij de spiegel in de hal kijk ik even naar mijn spiegelbeeld en recht mijn rug. Met stevige passen loop ik naar buiten.
[Voor wie zich verbaast over de omschrijving van mijn ‘stevige passen’; de oorspronkelijke tekst van deze column dateert dus uit 2011, toen ik nog gewoon liep.]
Ik word een oude man
Ik hoor geen harde piep, maar in mijn broekzak bespeur ik het trillen van mijn eigen nieuwe gsm, een berichtje. Het maakt niet uit van wie. Of ik die leuke foto kan versturen die ik ermee had gemaakt. Ik zou wel willen. Ik weet alleen even niet hoe. Ik ga met mijn vingers over de toetsen en zoek in de verschillende menu’s. Ik weet echt niet hoe. Schuifelend gaan mijn vingers nu over het toetsenbord tot ik vind wat ik moet doen. Ik druk vervolgens op verzenden. Ik typ er meteen maar even een berichtje bij: “Sorry, het duurde wat langer om te versturen. Ik word een oude man, denk ik… groetjes Ralph”
Ik weet niet waarom je blog me raakt. Misschien omdat ik zo ook naar mijn vader gekeken heb.
Wat een mooie, lieve reactie.
Mooi om te lezen dat zo’n blog wat los maakt bij lezers (hopelijk in positieve zin). Dat bemoedigt mij weer om te blijven schrijven en delen.
Hopelijk houd je goede herinneringen aan je vader.